Knap vind ik de kinderen van Knappe Koppies. Vandaag hebben ze zich onder andere gewaagd aan een Pipi Langkous bordspel, wat ontwikkeld is door Wijsblij.

Cato overwon haar angst toen zij een zelf bedacht dansje moest doen. Ze weigerde met haar armen over elkaar.
‘Wat zou je kunnen doen om het makkelijker voor jezelf te maken?’ vroeg ik. ‘Want het komt wel vaker voor dat je iets spannend vindt om te doen.’
Cato dacht na en Fay dacht met haar mee. ‘Dan moet je vragen of iemand met je mee doet,’ zei ze.
Cato schudde haar hoofd, maar je zag haar denken. ‘Dan moet Hidde mee doen,’ zei ze. ‘Maar dat doet ie toch niet!’
Hidde bekeek haar met een schuin hoofd en knikte. ‘Jawel.’
‘Dan mogen jullie niet kijken,’ zei ze tegen Fay en mij.
Ik vroeg aan Fay of wij dat goed vonden. Eigenlijk vonden we het niet echt tellen als we niet mochten kijken.
‘Okay, Cato zou het dan doen samen met Hidde en ‘ja’ roepen als we mochten kijken. Jippie, dat ging goed. Het was een leuk dansje en het belangrijkste: Cato deed iets dat ze spannend vond en toen ze het eenmaal deed vond ze het leuk.

Ook werd er in het spel creatief nagedacht en werden er gevoelens gedeeld. Suus kreeg de vraag welke regel op school zij stom vond en kon zich daarna heel goed uiten over hoe zij zich op school voelt en waar zij boos en verdrietig van wordt. Mooi om te zien hoe de andere kinderen naar haar luisterden en het gevoel legitimeerden.

Fay vond het maar wat lastig om een naam voor haar eigen huis te bedenken en nam die opdracht mee naar huis.
Hidde bedacht toen hij ‘in de put’ terecht kwam dat hij er weer uit kon komen door te springen. Was springen alleen dan genoeg? Nee, hij moest ook zorgen dat hij bij de muur terecht kwam en dan vastklampen en klimmen. Kijken of hij ergens grip op kon krijgen. Met deze mooie oplossing mocht hij uit de put en vijf stappen vooruit. Kasper belandde ook in de put en hij kwam eruit door te vliegen met vleugels die hij had gekregen. 🙂

Er werd ook nagedacht over de vraag ‘wat vond je eerst spannend/moeilijk om te doen en daarna niet meer? Waardoor niet meer?’  Kasper vertelde dat hij het eerst spannend vond om in de klas zichzelf te zijn en te praten. Het ging vanzelf weg door gewoon te wennen, zei hij. Cato vond het moeilijk om in een bepaald klimrek te klimmen, maar door te oefenen ging het steeds beter.

Kasper noemde de hele emotie-waaier achter elkaar op en wist zelfs de meest complexe emoties te omschrijven en koppelen aan situaties die hij zelf had meegemaakt.

Voor Mason was het met de tekenopdracht van Yvonne een hele uitdaging om procesgericht bezig te blijven. Hij wilde weten of het zo goed was en of het al leek op wat het moest worden. Er werden gevoelens aan kleuren gekoppeld en voor Kasper en Fay was dat niet moeilijk. ‘Boosheid is rood. Dan voel ik me als een vulkaan die kan uitbarsten,’ en ‘Geel staat voor vrolijk, net als het zonnetje.’
Fay, Hidde en Cato bedachten samen nog een verhaal over Fantasieland waar geschuild moest worden achter roze struiken voor piraten.

In de pauze werd er ‘gepicknickt’ op de yogamatjes met lekker fruit en bij de afsluiting hebben we elkaar een fijne zomer gewenst!

Ik ga met een goed gevoel de zomerstop in. Knappe Koppies is een succes.

Na de zomer wil ik qua leeftijden opsplitsen. Op woensdagochtend om half elf zal er een groepje Knappe Koppies gaan draaien voor kinderen van 4 en 5 jaar (bij voldoende aanmeldingen) en op de zaterdagmiddag van 15.00 tot 16.30 blijft het voor de 6- en 7-jarigen bestaan.

PS: Ik ben er zelf twee keer tussenuit gesprongen om een foto te maken. De begeleider die je op de foto’s ziet is Yvonne van praktijk Blijmoedig, die mij kwam helpen. Met zeven of acht kinderen is het fijn om wat extra begeleiding te hebben.

* Namen zijn fictief en foto’s waar nodig aangepast en met toestemming geplaatst