Sprookjes! Ik koos er eentje uit waar geen kinderen in de oven worden gestopt, geitjes worden opgegeten en andere narigheid. Namelijk: De drie biggetjes. Bij de friendly version gaat er helemaal niemand dood.

We lazen samen het verhaaltje waarbij drie biggetjes op zichzelf gaan wonen en daarom een huisje gaan bouwen. Het eerste biggetje bouwt er eentje van stro, de tweede van hout en de derde van steen.  De eerste twee huisjes blijken niet stevig genoeg en die worden omgeblazen of geschopt door de wolf. Die van steen is stevig.
Dat gaf wat stof om over na te denken. Ik vroeg de kinderen waar hun huis eigenlijk van gemaakt is. Hoe maak je iets stevig?

Dat gingen we ook ervaren. Ik had allerlei materiaal (denk aan stevige rollen en verschillende bakjes) verzameld waar de kinderen mee konden bouwen. Kiann begon als eerste, terwijl de rest nog het materiaal inspecteerde. Hij maakte een mooi bouwwerk. Jade bouwde dit na en Alexander volgde. Toen Kiann van zijn bouwwerk weer wat anders ging maken, exploreerde Jade ook zelf de mogelijkheden. Ze bouwde een hoge toren met ander materiaal. Zou het blijvenb staan? Ik vond het erg leuk dat de kinderen uit zichzelf de wolf na gingen doen. Ze gingen om de torens heen lopen en blazen om te kijken of het zou blijven staan. De hoge toren was wat wankel, maar met blazen bleef ie staan.
We waren hier een leuk poosje mee zoet en het was bijna zonde om ze te vragen iets anders te doen. Maar, ook dat was heel fijn en deden ze graag.

Een biggetje was helemaal in stukjes en moest weer aan elkaar geplakt worden. Dat was een moeilijk puzzelwerkje! Ik zag ze ervan genieten en ik vind ze zelf heel kunstig geworden. Mooier dan het origineel.

Jade had een heel leuke smartgame van de drie biggetjes mee en daar speelden de kinderen de laatste minuten van de tijd mee. Een aanrader. Om alleen te spelen, maar de peuters van de peutergroep deden het samen. Het was echt teamwork, met een observator.